• HISTORIE VAN DORDRECHT

Gepubliceerd op 4 november 2017 om 18:46

HISTORIE VAN DORDRECHT

De stad Dordrecht ontstond aan het riviertje de Thure te midden van veenmoerassen. De Thure was een zijtak van de rivier de Dubbel en liep ongeveer ter hoogte van het huidige Bagijnhof. De oorspronkelijke naam van Dordrecht is Thuredrith. Dit betekent "doorwaadbare plaats in de rivier Thure". Thuredrith zou in de loop der tijd veranderen in Dordrecht, is een van de meerdere naamsverklaringen. De oudste vermelding voor de stad dateert van rond 1120. Omstreeks dat jaar werd in een gedeelte van de Annalen van Egmond melding gemaakt van de moord op Graaf Dirk IV in 1049 'bij Dordrecht' (apud Thuredrech).

De Hollandse graaf Willem I bevestigde in 1220 de stadsrechten van Dordrecht. Na Geertruidenberg (1213) is Dordrecht daarmee de tweede stad waarvan bekend is dat het vrijheden van de Hollandse graaf kreeg. Het is echter de vraag of de stadsrechten van Geertruidenberg zo volledig waren als die van Dordrecht. Het ging namelijk alleen over het verkrijgen van marktrecht, maar behelsde niet het recht op rechtspraak. Het is niet uit te sluiten dat eerder ook andere Hollandse plaatsen stadsrechten kregen (niet alle oorkonden zijn als origineel of in afschrift bewaard gebleven). Op grond van zijn oude papieren maakt Dordrecht er echter sedert lang aanspraak op de oudste stad van Holland te zijn. Door haar strategische ligging en het verkrijgen van stapelrecht in 1299 ontwikkelde de stad zich tot een belangrijke stapelplaats. Dordrecht verhandelde vooral wijn, hout en graan. Rond 1400 had de stad ruim 8000 inwoners, waarmee het de grootste stad van Holland was.

Een en ander geldt echter alleen voor de Staten van Holland (ongeveer Noord- en Zuid-Holland). Van de steden in het huidige Nederland zijn er meer die ouder zijn, waaronder Utrecht (1122). Zie Lijst van Nederlandse plaatsen met stadsrechten.

In 1421 kwam Dordrecht ten gevolge van de Sint-Elisabethsvloed, waarbij grote delen van het achterland (Grote Waard) voorgoed verdronken, op een eiland te liggen.

• De Synode van Dordrecht(1618-1619)

In 1572 kwam te Dordrecht de Eerste Vrije Statenvergadering bijeen. Vertegenwoordigers van alle Hollandse steden erkenden stadhouder Willem I, prins van Oranje, en steunden de opstand tegen de Spanjaarden. In 1618-1619 vond in Dordrecht, bolwerk van de reformatie, de Synode van Dordrecht plaats, waarbij de remonstranten tegenover de contraremonstranten stonden en waar het besluit viel tot de Bijbelvertaling die in 1637 de Statenbijbel zou opleveren, de eerste officiële vertaling in de Nederlandse taal.

Tijdens het Eerste Stadhouderloze Tijdperk (1650-1672) werd Johan de Witt, zoon van mr. Jacob de Witt, als raadspensionaris naar voren geschoven. Onder zijn leiding werd in 1654 vrede met Engeland gesloten waarbij de Akte van Seclusie werd opgenomen. Deze akte moest voorkomen dat de zoon van Willem II stadhouder zou worden. Op 20 augustus 1672 echter werden Johan en zijn broer Cornelis de Witt in Den Haag gelyncht. Willem III, verdacht van het complot, werd datzelfde jaar stadhouder.

•  De Wijnstraat in 1745, door Aart Schouman

Dordrecht voerde een scherp anti-stadhouderlijke koers. Op 26 juli 1783 werd het exercitiegenootschap "De Vrijheid" opgericht. De Patriotten wilden de oude vrijheid heroveren op de Oranjes. Nederland was immers al ruim tweehonderd jaar een republiek, erfopvolging hoorde daar niet in thuis. Al snel volgden meerdere steden. Stadhouder Willem V vluchtte uit Holland. Op 18 september 1787 echter capituleerde Dordrecht voor de troepen van de Pruisische koning Frederik Willem, de zwager van Willem V. De Oranjerestauratie werd met kracht ingezet en de democratische beweging weggevaagd. Willem V werd in zijn positie hersteld. In 1815 nam zijn zoon Willem I, voorheen Willem VI, de titel Koning der Nederlanden aan.

Binnen Holland werd Dordrecht vanaf de 18e eeuw overvleugeld door Rotterdam.

Door de eeuwen heen heeft Dordrecht een sleutelpositie ingenomen bij de verdediging van Holland, tot ver in de 20e eeuw was Dordrecht ook garnizoensstad. In de Benthienkazerne aan Buiten Walevest langs de Oude Maas waren pontonniers gelegerd. Tijdens de mobilisatie van augustus 1939 werden er ook infanteristen en artilleristen naar Dordrecht gestuurd om het eiland te verdedigen.

In mei 1940 gaf Luitenant-kolonel Josephus Adrianus Mussert, een broer van NSB-leider Anton Mussert, leiding aan de verdediging van Dordrecht tegen het Duitse leger. Nadat het Nederlandse leger de strijd tegen de Duitsers op had gegeven werd Jo Mussert gearresteerd en neergeschoten, als gevolg waarvan hij enkele uren later overleed. In de winter van 1944-1945 werden Dordrecht en omgeving het middelpunt van de strijd in de Tweede Wereldoorlog. De grens tussen bevrijd en bezet gebied lag toen bij het Hollandsch Diep.

In 1970 werden de gemeente Dubbeldam (toen ca. 10.000 inwoners) en het zuidelijk deel van de gemeente Sliedrecht aan de gemeente Dordrecht toegevoegd, zodat de gemeente het gehele Eiland van Dordrecht ging beslaan

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.